Utopia, een toekomstperspectief?

Een utopie is een geconstrueerde, onmogelijke werkelijkheid, een ideale wereld die nooit bereikt kan worden. Het woord werd voor het eerst gebruikt in het boek Utopia (1516) van Sir Thomas More (1478-1535). In de utopie ontwerpt de bedenker een ideale staat of samenleving. Deze heeft vaak (maar niet noodzakelijkerwijs) een socialistische of communistische snit: maatschappelijke tegenstellingen zijn er verdwenen, alle bezit is er eerlijk verdeeld en eigendom zelfs afgeschaft, een kloof tussen rijk en arm bestaat niet, de burgers zijn er eensgezind en leven automatisch deugdzaam. Geld is overbodig geworden en religieuze tolerantie heerst waardoor conflict nagenoeg is verdwenen. De wetten van het land kunnen door elke inwoner begrepen worden. Het is een droombeeld van een volmaakte situatie, die nooit bereikt zal worden.

Hoewel de samenleving die More ons voorhoudt heel aantrekkelijk lijkt, kunnen we vraagtekens zetten bij zijn mensbeeld. Wat voor mens woont in deze utopie? Past deze zich aan zijn nieuwe omgeving aan of is het naïef of zelfs schadelijk te denken dat de mens kan of wil veranderen? De term Utopia staat voor een positieve toekomstvisie, het beloofde land, luilekkerland.

Toekomstvisies
Toekomstvisies op het (voort)bestaan van de mens, van de wereld en van het leven zijn door de eeuwen heen belangrijke thema’s geweest in het oeuvre van schrijvers en beeldend kunstenaars. Aldous Huxley (1894-1963) schept in zijn roman Brave new world (1932) een toekomstige wereld die geheel beheerst wordt door technologie en rationalisme. De mensen zijn gezond en gelukkig, oorlog en armoede kennen ze niet. In die zin lijkt het werk eerder een technologische utopie dan een dystopie (anti-utopie), zij het op ironische wijze, want traditionele waarden als liefde, trouw, gezinsleven, kunst en godsdienst bestaan niet langer, evenmin als de vrije keuze voor een individueel bestaan.

De dystopische toekomst roman 1984 (1949) van George Orwell (1903-1950) beschrijft een staat waarin de overheid elk aspect van het menselijk leven bewaakt en controleert. In de strijd tegen de Partij en Big Brother gaat de enkeling kansloos ten onder. Het boek toont de schaduwkanten van de utopie.

Utopia of Neurotopia?
De kunstenaars die in Kadmium exposeren anticiperen met hun werk op een utopische toekomstvisie. Ligt de toekomst onder water en wordt die alleen ‘bevolkt’ door planten en dieren of is er ook menselijk leven mogelijk? Sporen van menselijke aanwezigheid zijn in de schilderijen van Anutosh (1970) wel waarneembaar, maar hij laat de uiteindelijke interpretatie van zijn werk aan de beschouwer over.

De bloemen van Bert van Santen (1958) symboliseren enerzijds schoonheid, maar  kunnen anderzijds ook het kwaad vertegenwoordigen. De schilder ontdoet de bloem van zijn rooskleurige romantiek en door de stekelige en ruwe manier van schilderen zet hij duistere accenten waardoor ieder werk uiteindelijk een donker-romantische lading krijgt. In eerste instantie lijken de florale elementen te verwijzen naar Arcadië, een utopisch land vol bloemen, fruit en bossen, helder water, een eeuwige zomer, een ideaal-landschap. Bij nadere beschouwing echter worden de donkere kanten zichtbaar.

In Neurotopia laat Erik Sep (1976) zien dat er alternatieven zijn voor de manier waarop de wereld is ingericht. Door onze zichtbare wereld te herscheppen opent hij bij de kijker een deur naar een parallelle wereld. In Neurotopia zijn constructies en verhoudingen mogelijk die in werkelijkheid onuitvoerbaar zijn en niet zouden passen in een menselijke maat. Als in een echte stad is in Neurotopia een permanent proces van bouwen, slopen, reorganiseren en herontwikkeling te zien.

 

Manifestatie Gewoon bijzonder (Bijzonder gewoon)

Gewoon bijzonder (Bijzonder gewoon) is een manifestatie van eigentijdse kunst over het alledaagse georganiseerd door expositieruimte 38CC. De manifestatie loopt parallel aan de Pieter de Hooch-tentoonstelling in Museum Prinsenhof. Deze 17e-eeuwse schilder legde het dagelijks leven van toen vast. In de Oude KerkMuseum Paul Tetar van Elvenkunstencentrum Kadmium, rondom Museum Prinsenhof en in expositieruimte 38CC tonen 24 (inter)nationaal bekende kunstenaars werk waarmee zij op hun manier het alledaagse van nu verbeelden. Blikvanger van de manifestatie is het spraakmakende Narrow House van de wereldberoemde kunstenaar Erwin Wurm in de Oude Kerk.

Deelnemende kunstenaars: Desiree de Baar (NL), Benedikte Bjerre (DK), Floris Boccanegra (BE), Maze de Boer (NL), Koos Buster (NL), Natasha Caruana (GB), Paola Ciarska (PL/UK), Priscila Fernandes (PT), Jakup Ferri (RKS), Leon Gabin (BE), Elise ’t Hart (NL), Stef Kreymborg (NL), Peter de Krom (NL), Linsey Kuijpers (NL), Jelle Mastenbroek (NL), Inge Meijer (NL), Shana Moulton (VS), Niels Post (NL), Martin en Inge Riebeek (NL), Paul de Reus (NL), Jelle Slof (NL), AnneMarie van Splunter (NL), Gitte Svendsen (DK), Erwin Wurm (A)

Meer info: www.gewoon-bijzonder.com

Afbeelding: Erwin Wurm, Narrow House (2010), Chapelle du Centre de la Vieille Charité, Marseille, zomer 2019. © foto David Giancatarina

Afbeelding: Kadmium: Jakup Ferri, detail Untitled (from the series Muscle Memory), 2017, verschillende soorten textiel, 320 x 410 cm. Courtesy: de kunstenaar & andriesse – eyck galerie, Amsterdam.

Afbeelding Paul Tetar: Koos Buster, Schoonmaakwaagen, 2018, keramiek. Courtesy: Akzo Nobel Art Foundation.

 

Herfstsalon 2019

De herfstsalon toont werk van Kunstenaars uit Delft en omgeving.

Tijdens de atelierroute zijn de ateliers van deelnemende kunstenaars te bezoeken.

24e Delftse atelierroute
7 en 8 september 12:00 uur tot 17:00 uur

A Vessel for the Muses.

Voorafgaand en tijdens het Delft Chamber Music Festival, brengt Kadmium dit jaar opnieuw een tentoonstelling met een bijzondere combinatie van beeld en geluid. Zowel in de benedenruimte als in de bovenzaal zal het veelzijdige en interdisciplinaire werk van ontwerper/modevormgever en regisseur Peter George d’Angelino Tap getoond worden.

Voor de derde achtereenvolgende zomer  werkt hij in Zwitserland aan een operaproductie, waarvoor hij decor en kostuums ontwerpt. Eveneens is hij verantwoordelijk  voor de regie. In Kadmium toont hij verscheidene elementen van de opera Bianca e Fernando (1826) van Bellini, die hij enige jaren geleden bij Opera St.Moritz heeft geproduceerd. Van deze opera is in de benedenzaal  onder meer  het monumentale wandkleed (12 x 3,5 meter) De Hubris (Over Hoogmoed)  te zien. Dit decor wordt in samenhang met kostuums van de hoofdrolspelers, muzikale hoogtepunten en een speciale belichting gepresenteerd. De inrichting zal spectaculair zijn, verwant aan de opera als totaaltheater. Bezoekers worden uitgenodigd zich te laten verrassen en mee te laten voeren.

Het tweede gedeelte van de tentoonstelling vindt plaats op de eerste verdieping. Tien jaar lang ontwierp d’Angelino Tap de concert-kleding voor het beroemde pianisten duo Arthur en Lucas Jussen. Hiervan zullen zo’n twintig ensembles te zien zijn, evenals foto’s en een videoregistratie van hun optreden tijdens het Grachtenfestival in Amsterdam (2018).

Eveneens wordt zijn creatie Delf’wear geëxposeerd, een collectie Delfts blauwe vaasjaponnen.

De opening wordt op 21 juli om 15 uur verricht door Jojanneke van de Weetering, zakelijk leider van het Delft Chamber Music Festival.

De tentoonstelling is samengesteld door Coby Brinkers. In de publicatie gaat kunsthistoricus Ingrid van Santen in op de betekenis van de muzen voor Peter George d’Angelino Tap.

Zie ook www.delftmusicfestival.nl

VLEES MAAKT VLEES

‘In mijn werk zoek ik naar de mogelijke relaties tussen vleselijke
lichamelijkheid en de materiële omgeving; een veld waarin
alledaagse objecten en taferelen een buitensporige en
vervreemdende kwaliteit verwerven. Ik ben gefascineerd door hoe
ongemak en afkeur een bepaalde aantrekkingskracht in zich
dragen.”

Zaterdag 6 juli om 13:00 uur: Paul de Jong in gesprek met Jorrit Paaijmans

Le Détour

De stad als levend organisme is het onderwerp van de expositie Le Détour bij Kadmium. En dan met name de wijze waarop je naar de stad kunt kijken, vandaar de ondertitel: gefragmenteerde stad, meervoudig perspectief. Het is immers de bril die je opzet die het zicht dicteert en of je bereid bent van de uitgestippelde route af te wijken. Door te dwalen, een omweg te nemen of te verdwalen, kom je op onverwachte plekken en openen zich verrassende perspectieven.

Kunstenaar Rien Monshouwer dwaalde veel door de stad en zijn woonwijk, het oude centrum van Den Haag. Historisch beladen en voortdurend in herstel. Hij zocht het spanningsveld op tussen heden en verleden. Wat herinner je je van een plek als huizen of zelfs hele straten afgebroken zijn. Het geheugen hapert en je vraagt je af wat er ook alweer stond. Monshouwer verwerkt deze rekbare herinneringen in fotocollages, installaties of subtiele tekst-tekeningen. Bij Kadmium ligt de nadruk op zijn monumentale schilderijen, die met titels als Huizen van veelkleurige herinnering verwijzen naar die vervlogen architectuur, maar tegelijkertijd veel meer zijn dan dat. Doeken opgebouwd uit complexe kleurvelden, plattegronden of niet nader te duiden ruimten. Werk dat tegelijkertijd dwingend en kwetsbaar is.

Jean van Wijk is, evenals Rien Monshouwer, geïnteresseerd in de wijze waarop we waarnemen en maakt gebruik van meerdere disciplines. Van Wijk is eerder een constructeur dan een verhalenverteller en richt zich nadrukkelijk op de grammatica van de waarneming. Deze onderzoekt hij procesmatig en zo ontstaan series, die onderling verweven zijn en naar elkaar verwijzen. In de expositie worden een aantal van zijn ruimtelijke objecten getoond, zoals wandobjecten van fictieve architectuur met haperende verhoudingen tussen binnen- en buitenruimtes. Dat maakt dat de aard van de gebouwen vaak raadselachtig is. Juist door dit openbreken en ontmantelen kunnen nieuwe ruimten zich ontvouwen en onvoorziene perspectieven ontstaan.

Lentesalon “Phases of life”

Van 28 maart t/m 28 april is de Lentesalon in Kadmium te zien. Het thema dit jaar is “Phases of life”. Het werk is van verschillende Delftse kunstenaars.
Zie ook: http://www.lentesalon.nl/

Concours “Fases van het leven”

Concours is bedoeld voor leerlingen van het voorgezet onderwijs in de leeftijd van 14 tot 19 jaar die een passie hebben voor beeldende kunst en daar veel aan doen, thuis of in workshops, cursussen volgen (Academie Jong Bacinol en de VAK Delft) of die een beeldend vak in hun pakket hebben (Vmbo, Havo en VWO). Door deze tentoonstelling en daaraan gekoppeld een concours zullen de deelnemers  elkaar en anderen informeren over hun kijk op de dingen, hun mogelijkheden etc. Een unieke kans om het werk van kunstzinnige leerlingen van de verschillende scholen bij elkaar te zien. De deelnemende scholen zijn: Grotius college Delft, Stanislas college Pijnacker, Dalton college Voorburg en School voor Jong Talent Den Haag.

Vrijdag 22 februari vond de opening van Concours plaats in Kadmium. Het thema dit jaar is “Fases van het leven”. Tevens vond de prijsuitreiking plaats. De winnaars zijn:

1. Joëlle Zonneveld, intrigerende beelden van de snelweg, op afstand is het een foto maar dichterbij zie je de werkelijke techniek, houtskool. Een drieluik over tijdelijkheid van fases in tijd en ruimte. Zeer professioneel met een goed gevoel voor licht donker.
2. Jesse Nijsen, de kringloop, de cyclus van fases uit het leven zijn subliem verbeeld. Het wordt versterkt door de terughoudendheid van kleur. De eenvoud van de lijn wordt optimaal gebruikt.
3. Esmee Weinholt, een weg naar de toekomst die nog onzeker is, mooi en ook sterk verbeeldt. De eenvoud van het afgebeelde is ook erg sterk.

Eervolle vermeldingen dit jaar zijn:
Elyse Smits, sexualiteit op een bijna Matisse-achtige manier verbeeld
Steve Danquah, de combinatie van teken- en computerwerk uitstekend gedaan
Manouk Zwinkels, het materiaal en de uitwerking levert een erg prominent beeld op
Josja Boting, prima werk en goede verbeelding van wat er ondergronds plaatsvindt

Allen van harte gefeliciteerd!

FACETO FACE

Joncquil beschouwt elke expositie als een zelfstandig afgerond geheel. Tegelijkertijd kunnen zij worden opgevat als een onderdeel van een serie in zijn voortdurend narratief. Eerdere tentoonstellingen behandelden zowel het einde, (the End is not for sale, Haarlem 2012 ) als het begin van het ontstaan. (AAP ZWAAN MAAN, Ronse 2017)

De opening van zijn expositie valt in januari, de maand van Janus, de Romeinse tweekoppige god die zowel terugblikt als vooruit kijkt. Passend in het spel van schijn en zijn, mythen en symbolen, brengt hij bij Kadmium nieuw en bestaand werk samen in een totaal installatie onder de noemer FACETO FACE.

Gebruik makend van verschillende disciplines, zoals schilderkunst, fotografie, video en sculptuur, combineert hij zijn werk op zo’n manier dat er een veelvoud aan betekenissen en interpretaties ontstaat. Hij bevraagt zijn rol als kunstenaar, als mens, maar ook het functioneren van de kunstwereld. Dit klinkt theoretisch, maar zodra het publiek de expositie ziet, wordt het duidelijk dat bepaalde elementen zich herhalen, verdubbelen, spiegelen om in verschillende contexten nieuwe verbanden aan te gaan.

Schilderijen in grote en kleine formaten, opgebouwd uit donkere tinten, waaruit fabeldieren, uilen, roofvogels en andere wezens zich losmaken uit de achtergrond. Magische werelden vol motieven. Soms terug te vinden als tastbaar object in de ruimte of in een film: voorwerpen verschijnen en verdwijnen, veelal in paren. Symmetrie en verdubbeling zijn nadrukkelijk aanwezig, evenals absurdisme en het clowneske.

Het liefst zou hij vijf exact dezelfde tentoonstellingen tegelijkertijd op vijf totaal verschillende plekken maken. Dit typeert zijn mentaliteit. Het laten waaien van de geest, ontregelen, interesse in taal en spel, ze zijn allemaal onderdeel van zijn onderzoek en werkwijze, resulterend in intrigerende tentoonstellingen.

De werken van Joncquil zijn opgenomen in diverse binnen- en buitenlandse privé- en bedrijfscollecties, tevens in musea zoals Teylers Museum Haarlem en Museum Voorlinden Wassenaar.

De tentoonstelling bij Kadmium, samengesteld door Jaco van der Vaart, wordt begeleid door een publicatie. De opening op zondag 13 januari (15 uur) wordt verricht door kunsthistoricus Ingrid van Santen.

Fragile We Are